Home sweet home
Het zit er weer op. Maandag nam ik afscheid van Bangladesh. Dinsdag ben ik inNederlandgeland na een voorspoedige reis. Ik werd nog eens lekker verwend door Emirates: de vijf uur in de lucht tussen Dhaka en Dubai mocht ik inbusiness klas doorbrengen! En aangezien ik 's avonds laat vloog kon ik zo lekker even slapen. Daarna op naar mijn hotel in Dubai om nog even 4 uur te slapen. Helaas was er voor het tweede deel van mijn reis geen verrassing zoals een business klas.
En nu? Opruimen, dingen uitzoeken regelen en bijna weer aan het werk. Maar met een heleboel ervaring en herinneringen rijker!
Ik heb vandaag eindelijk mijn foto's van Chitagong aangevuld. De laatste keer in Bangladesh begaf de internetverbinding het voordat ik klaar was. Daar heb ik hier geen last van.
Bedankt voor jullie meeleven op deze site. Ik vond het altijd erg leuk om jullie reacties te lezen. Ik zie er naar uit om velen van jullie weer te ontmoeten!
Corina
Chitagong district
Wat is een kippenpootje zonder kip?
Een hotelmanager die niets kan regelen?
Een boottocht op een meer zonder boot?
Wat is een trein die een uur te laat komt?
Een menu waar de eenpersoons porties niet beschikbaar zijn, alleen de driepersoon porties?
Een chauffeur zonder auto?
Een gids die de omgeving niet kent?
Dat was mijn vakantie in Chitagong!
Mijn laatste week had ik de mogelijkheid om de zuidoostelijke provincie van Bangladesh te bezoeken. Chitagong is met meer dan vier miljoen inwoners de één na grootste stad van Bangladesh. Op zich was de stad niet zo interessant. We overnachtten in een bungalow met uitzicht op het meer. Op die manier heb ik het echte Bangladesh nog even kunnen meemaken. Niet dat de plaats van verblijf zo écht Bengaals was, maar wel de manier van doen.
Er werd namelijk gezegd dat we een bootje kregen. 'We brengen hem onmiddellijk.' Na een tijdje vroegen we na waar onze boot bleef. 'Over 10 minuten.' Na een half uur nog geen boot. Wat bleek? We moesten er eerst voor betalen: 150 Taka! Dus wij op weg naar de plaats waar we de boot konden ophalen. Wat bleek daar? Is het ineens 150 Taka per 20 minuten. Dat vonden we veel te duur. Dit soort dingen leveren soms frustratie op, maar het is ook wel de Bengaalse manier van doen. 1) Niet informeren en 2) Onze boot steeds ‘vertragen' in de verwachting dat wij het wel zullen vergeten.
Ze hadden allerlei uitvluchten om ons niet in de bungalow te laten overnachten. 'Daar is niemand, veel te gevaarlijk.' ‘Ow heerlijk', dacht ik: ‘rust; daar kom ik voor!' Dat hij ons met zin smoesjes niet afschrok, maakte dat hij andere uitvluchten zocht. 'Er is daar geen elektriciteit.' 'Er zijn daar slangen.' Uiteindelijk bleek daar niets van waar en sliepen wij 2 nachten in een bungalow met uitzicht op het meer. De andere plaats beloofde ook uitzicht op het meer, maar daar hadden ze een groot gebouw voor gezet. Lekker handig! Overigens moest deze eerst nog schoongemaakt worden. Vooruitdenken wordt hier weinig gedaan. Een verblijfplaats maak je pas schoon als er nieuwe mensen komen.
Al met al liepen er veel dingen in de soep. En dat verbaasde me. Wij waren zo ongeveer de enige gasten. Zelfs dan kunnen ze de dingen niet regelen! Hoe moet dat zijn in het hoogseizoen, als de ramadan voorbij is?
Gelukkig heb ik toch kunnen genieten van mijn vakantie. Ik ben nog naar de zee (Bay of Bangla) geweest. Helaas heb ik het niet tot Cox Bazar kunnen maken: het langste strand ter wereld.
Op de terugweg deden we voor één nachtje Comilla aan. Een mooi en rustig plaatsje. Donderdagavond namen we de trein naar Dhaka. Het was leuk om iftaar (moment van eten na een dag ramadan) mee te maken. Vlak voor zonsondergang (hier rond half 7) stopt de trein en komen allerlei mensen eten verkopen. Ze doen goed zaken. Het heeft wel wat om met ongeveer het hele land te gelijk te eten. Het kan gerust opgenomen worden in het Guinness book of records. Na etenstijd is het moment voor de bedelaars om ‘zaken' te doen. En die lopen goed tijdens deze maand!
Met dat de vakantie en het weekend voorbij is, is het hoog tijd om mijn koffers in te pakken. Ik hoop dat het lukt! Tot gauw!
Ramadan in Dhaka
Het verbaasde me dat velen rijkhalzend naar de maan uitkeken wat de start van de Ramadan aankondigde. Sinds12augustus is het feest begonnen en dat is merkbaar in het dagelijkse leven van Dhaka.
Mannen met een hoofddeksel zijn ineens verdubbeld. Kraampjes langs de weg maken deel uit van het straatbeeld en verkopen aan het einde van de middag allerlei zoetigheid voor Iftaar. Prijzen van voedsel zijn gestegen, terwijl de ramadan juist bedoeld is om armen te helpen. Stemmen van mensen klinken anders, nu ze met een droge mond praten. De adem is ook niet altijd als te fris meer.
De werktijden zijn aangepast. Men werkt tot 3 uur 's middags en probeert dan voor zonsondergang thuis een maaltijd bereid te hebben. De wegen staan daardoor tussen 3 en 6 vol file. Als het kan probeer ik op die tijd geen deel uit te maken van het verkeer. Bovendien zijn velen op dat moment chagarijnig van de honger en de dorst.
Ook op de buitenkant van de bussen laat de ramadan zijn sporen na. Reizen met een legen maag, gecombineert met optrekken en remmen in de file maakt mensen wagenziek. (Overige details laat ik maar achterwege.)
Rond half 7 klinkt de verlossende roep door de moskeemicrofoon. Na 14 uur vasten breekt Iftaar aan. 'Je kunt je niet indenken hoe geweldig dat moment van de dag is.' Zei één van mijn leerlingen. Ik heb ze verteld dat ze blij mogen zijn dat ze in Bangladesh wonen, want in Nederland is de tijd tussen zonsopkomst en -ondergang veel langer. Toch vastenze het met plezier. Het is iets wat hen samenbindt. Ik had wel medelijden met ze, omdat de ramadan deels in de examenperiode viel. Maar de examens zijn nu afgerond. Het lijkt me moeilijk om te concentreren als je hongerig en dorstig bent.
De stroomuitval 's avonds is aangepast. Inplaats van 1 of 2 keer een uur, is de stroom maar een half uur afwezig op de hele avond. Zo kan men ongestoort van het maal genieten.
Na 6 uur is er geen kip meer op straat en bereik ik twee keer zo snel mijn bestemming. Ik hoef maar 'Sector Dos' te roepen en er zijn genoeg riksja's die me thuis willen brengen. En omdat de wegen toch leeg zijn maken we gebruik van de hoofdweg waar de riksja's tegenwoordig verboden zijn.
Groetjes!
P.s. Mijn werk op de universiteit is zo goed als afgerond. Volgende week breng ik nog een midweekje vakantie door in het zuidoosten van Bangladesh: Chitagong.
Verkeer(d)
Bijna dagelijks vermeldt de krant een opstopping ergens in het land. Of zij komt met suggesties voor een betere verkeersdoorstroming. Het verkeer is vaak een complete wanorde. Het valt ook niet mee om met meer dan 15 miljoen mensen in een dichtbevolkte stad te wonen. Wat is er aan de hand?
Verkeersregels worden genegeerd. Airport road is een weg die ik nogal eens af leg als ik naar het centrum van de stad of de kerk reis. Maanden geleden hebben ze strepen op de weg aangebracht om de weg in vier banen te verdelen. Dat zou de verkeersdoorstroming moeten verbeteren. Maar helaas weet niet iedereen het doel van de strepen. Sommige bestuurders denken dat je de streep in het midden van je auto moet houden. Anderen rijden wel netjes in een baan. De overige weggebruikers rijdt waar plaats over is. In plaats van knipperlichten gebruik je de claxon......... rustig is de reis nooit.
Op andere wegen zou één baan breed genoeg moeten zijn voor een rij auto's, een rij riskja's en een parkeerrand. Maar de parkeerrand wordt nogal eens in beslag genomen voor bouwmaterialen zoals zand of bakstenen. De weg is van asfalt, maar regen spoelt het zand- dat als fundament dient- weg, waardoor er kuilen ontstaan. Riksja's rijden daardoor op de autobaan omdat hun gedeelte te hobbelig is, of andere auto's daar geparkeerd staan. Soms heb je een weg met een speciale riksja-baan. Maar daar houden niet alle riksja pullers zich aan. Zodra de één de ander inhaalt blokkeren ze de doorstroming voor auto's, wat een luid getuttor oplevert.
Eén van de middelen voor een beter verkeersdoorstroming is de riksja's van de weg afhalen. Zij nemen best veel ruimte in en zijn relatief langzaam. Maar om bij de binnenweggetjes te komen rijden de riskja's soms tegen het verkeer in, wat de doorstroming niet bevordert.
Een ander gevolg is dat ik niet meer overal per riksja kan komen. Op airportroad zijn de riksja's verboden over te steken. Dus moet ik dat per voet doen en aan de overkant een tweede riksja nemen. Twee korte riksjatochten kosten meer dan één lange. Op dit probleem spelen babytaxi's mooi in. Zij kunnen namelijk wel overal komen, maar hebben de prijzen op deze manier kunnen verhogen.
Op kruispunten staan vaak agenten die het verkeer in goede banen leiden. Zij vervangen het verkeerslicht met een fluitje en een stok. Helaas niet altijd effectief. Tja, hetlijkt mij ookbest lastig om daarmee 20 bestuurders tegelijk over een kruispunt te leiden. Zeker als iedereen de binnenbocht neemt, of de korste route op de 'rotonde'......
Al met al is deelname aan het verkeer niet iets waar ik blij van wordt. Maar soms moet je. En dan te bedenken dat de meeste verkeersdeelnemers in Dhaka nog voetgangers zijn. Het zou wat wezen als meer mensen een auto kregen. Dhaka is daar niet op berekend.
Nog even, dan bevind ik me weer in het wel(te)georganiseerde Nederland.
P.s. Ik heb de foto's van ‘verkeer' aangevuld. Vorige week kon ik niet alles opladen.
Voor meer over 'verkeer'; lees 'risksja's' of 'de bus'.
De bus
De bus is het goedkoopste vervoersmiddel, uitgezonderd de benenwagen en de vrijplaatsen op het dak. Veel mensen maken er gebruik van. Hier geen strippenkaart of OV-chip, maar contante kaartjes. Ik ben er nog niet helemaal zeker van of de prijzen per uur verschillen of dat ik elke keer voor de gek gehouden wordt. Maar voor een zelfde soort rit betaal ik variabel. Ik weet zeker dat ik af en toe voor de gek gehouden wordt, want toen ik eens twee dezelfde kaartjes kocht, kostte dat 29 Taka. Halve Taka's hebben ze hier niet. Maar kan geen Bengaalse discussie aangaan over de juiste prijs, bovendien is het maar een paar cent waar het om gaat.
Hoe werkt dat nu met de bus?
Eerst ga ik per riksja naar de bushalte, 2 km bij mijn huis vandaan. Dat kost me 20 Taka. (100 Taka = 1,20 Euro) Daarna steek ik de weg over, gebruik makend van de voetgangersbrug (zie foto's). Middenop de stoep (ja, sommige wegen hebben een stoep!) is een rij opgesteld waar buskaarten verkocht worden. De mannen zitten onder een parasol waar de bestemming van de bus op staat. Zo weet je precies waar je moet wezen. Aangezien ik geen letter Bangla lees (het schrift is hier anders), moet ik het anders doen. Ik selecteer een verkoper en zeg: 'Kakoli' (mijn eindebestemming). Deze man wijst dan naar iemand anders die kaartjes voor deze bestemming verkoopt of verkoopt aan mijeen kaartje naar Kakoli. Elke 5 seconde stopt er een bus. Op de bus is geverfd welke route ze afleggen. Maar ook dat kan ik niet lezen, dus ben ik weer uitgeleverd aan de behulpzaamheid van de Bengalen. Bij elke bus die komt zeg ik 'Kakoli?' En als er dan iemand instemmend knikt loop ik naar de bus. Daar check ik nogmaals of de bus echt naar Kakoli gaat. Bengalen zijn behulpzaam, maar die behulpzaamheid gaat soms zo ver dat ze mij liever met een kluitje in het riet sturen dan mijn vraag met ‘nee' beantwoorden.
In de bus zijn speciale zitplaatsen voor mannen en vrouwen. De eerste drie rijen en de staruimte naast de buschauffeur is voor vrouwen. De overige rijen zijn voor de mannen. Meestal heb ik geluk, want er zijn meestal weinig vrouwen in de bus. Af en toe zit er een man op de vrouwenplaats. Dat lijkt geaccepteerd als die plaats vrij is, maar als er een vrouw komt moet deze man zijn stoel afstaan. Af en toe heb ik pech en zijn de vrouwenplaatsen bezet. Het stampvolle vrouwenhoekje bij de buschauffeur is niet mijn favouriet. Soms probeer ik als niet wetende buitenlander op een mannenplaats plaats te nemen en meestal wordt dat gewoon geaccepteerd. Ik weet nog steeds niet hoe strikt ze met deze busregel zijn.
Na dit hele avontuur denk je eindelijk rustig in de bus te zitten, maar Dhaka-verkeer gunt de mens geen rust. Op een haar na missen we vele andere weggebruikers, daarom heeft een bus immers een tutter. Je kunt beter niet op de voorste rij zitten, want dan zie je elke keer wat er voor je ogen gebeurt of dreigt te gebeuren.
Bij de eindbestemming stap ik uit. Soms wat eerder, als de bus bijvoorbeeld in de file bij een kruispunt staat. De deuren staan toch altijd open......
Nog een raadsel.....
Waarom draagt een buschauffeur geen uniform?
(Antwoord volgt volgende week)
Aangeraakt
Elke zondag werk ik in het ziekenhuis om onze stagiaires te begeleiden. Ik begeleid niet alleen onze leerlingen, maar observeer tegelijkertijd het verpleegkundig proces en de houding van de verpleging. Vandaag vond ik eindelijk tijd om iets daarvan met jullie te delen:
Eén van de dingen die mijn opvalt, is dat de verpleegkundigen zo min mogelijk tijd doorbrengen met de patiënten. Er zijn in CRP veel patiënten met wonden. Wondzorg doen de verpleegkundigen liever wat sneller en minder hygiënisch dan volgens de voorschriften om infectie te voorkomen. Want, hoe sneller de wondzorg gedaan is, hoe meer tijd je in ‘Nursing station' door kunt brengen om met je collega's te kletsen!Het papierwerk is in hun ogen immers het échte werk. Onderzoek wees uit dat de Bengaalse verpleegkundigen minder dan 6% van hun tijd met patiënten doorbrengen.* De verpleegkundigen denken dat ze het druk hebben. Maar geloof mij: dat valt best mee hier. Het is maar net op welke taken je je als verpleegkundige concentreer. Veel patiënten liggen weken in dit ziekenhuis en hebben een dwarslaesie waardoor hun leven totaal veranderd. Verpleegkundige begeleiding bij al die veranderingen lijkt mij dus noodzakelijk. Maar het lijkt dat de verpleegkundigen zich maar op één ding focussen: medicatie en wondzorg. De familie neemt de taak op zich om de patiënt te wassen of hulp bij het eten te geven. Psychosociale zorg is minimaal.
Men werkt hier erg taakgericht. Er zijn speciale assistenten in het ziekenhuis om de hele dag door de 80 patiënten wisselligging te geven(verwacht niet dat ze dus een goede tiltechniek beheersen). Vorige week wilde een verpleegkundige een wond op de stuit verzorgen. De patiënt lag op zijn rug, dus moest eerst op zijn buik gedraaid worden. 'Geen nood,' zou je denken, 'want een verpleegkundige is geleerd hoe je iemand omdraait in bed.' Hier werkt dat echter anders. Aangezien er geen assistent in de buurt was om de patiënt te draaien had de verpleegkundige vijf minuten om met haar collega te kletsen terwijl ze wachtte op de assistent. (Er waren 12 patienten in de zaal zie veel liever een kletspraatje hadden.)Helaas nam mijn leerling geen initiatief om de patient in de juiste houding te brengen, dus toen heb ik hem maar opdracht gegeven de patiënt te draaien. En wat bleek? Verpleegkundigen zijn prima in staat om deze taak op zich te nemen! Ik leer het ook niet voor niks aan mijn eerstejaars leerlingen op de uni.
Achter deze houding van een verpleegkundige gaat het één en ander aan culturele invloeden vooraf. Want wat de verpleging eigenlijk vermijdt is de patiënt aanraken. Zeker iemand van het andere geslacht of een lagere sociaal-econimische status. Sowieso is alles wat het lichaam verlaat vies, inclusief het lichaam zelf. Als verpleegkundige vermijdt je dus dat contact....
Al met al een heleboel dingen die mij aan het denken zetten. Want wat is verplegen op de juiste manier? Ik kan niet mijn westerse visie projecteren op de zorg hier. Ik wil ook niet negatief zijn over de Bengaalse gezondheidszorg. (Sorry, deze blog is dat wel een beetje, maar ik probeer een juist beeld te scheppen. En dat gaat nu eenmaal door westerse ogen.) In juli ga ik elke donderdag naar een ander ziekenhuis waar ik ook zie dat het anders kan. Toch blijft het verplegen op z'n Bengaals. En dat is in sommige opzichten prima voor een Bengaal, echter niet voor een Hollander. Waarom is een interessante vraag.
*Why Bangladeshi nurses avoid ‘nursing': Social and structural factors on hospital wards in Bangladesh, Social Science & Medicine 64 (2007) 1166-1177.
Na Regen komt Zonneschijn!
Deze uitdrukking betekent dat er na iets negatiefs is positiefs komt. Regen is negatief. Zonneschijn positief. Maar deze vlieger gaat hier niet altijd op.
(Wat zijn Nederlandse spreekwoorden toch leuk!)
Zoals afgelopen week. Na een warme, klamme dag zat ik op de riksja. Regendruppels begonnen naar beneden te vallen. De riksja-puller wilde de kap van de riksja omhoog doen, maar ik en Rebekah hielden ‘m liever naar beneden. Allereerst vanwege het feit dat de kap te laag is om met twee voor Bengaalse begrippen- lange personen onder te zitten. Maar ook omdat regendruppels op sommige momenten heerlijk aanvoelen. Bengalen riepen wel: 'Rain', op een toon van: ‘Heb je wel door dat het regent en dat je daar nat van wordt? Bescherm je er tegen!'
Maar ik geef toe. Regen brengt naast verkoeling ook narigheid met zich mee. Neem nu onze woonwijk waar volop gebouwd wordt. Officieel zou er naast de weg een soort goot moeten lopen, maar door al het storten van zand en dergelijke voor de bouw, is de goot op de meeste plaatsen gedempt. Daarnaast zijn ze ook gaan bouwen op de plaats waar vroeger een soort meertje gevormd werd in het regenseizoen. Gevolg? Het water blijft in grote plassen op de weg staan. Gelukkig weet een Bengaal daar een geschikte oplossing voor: plassen dempen! Dat de volgende dag het laagste punt in een ander gedeelte van de straat is, is immers de zorg voor de buren! In mijn opinie kunnen ze beter (samen!) greppels graven in plaats van iemand anders met het probleem opzadelen.
Wat moe je je voorstellen bij het regenseizoen in Bangladesh? Tot nu toe lijkt het vooral op maartse buien. Af en toe een flinke bui, maar voornamelijk droog. Soms een paar dagen regen, daarna weer een tijdje droog of een buitje per dag.
Langzamerhand zijn sommige straten veranderd in een modderpoel. (zie foto's) Als ik mijn wijk wil verlaten is het steeds een avontuur om schoon en/of droog over te komen. Het is een keuze: droog overkomen door langs de plassen te lopen, waar een glibberige kleimassa ligt, of alleen maar natte voeten krijgen en door de plas lopen. Als ik in de blubber val, ben ik vreselijk smerig. Is dat een risico waard?
Riskja-pullers zijn niet blij met onze woonwijk. Ze schudden steeds vaker hun hoofd als ik zeg: Sector dos (Wijk 10). Tja, zij hebben liever ook geen natte voeten.... Maar vandaag kon ik hem op één of ander manier toch duidelijk maken dat ik het laatste stukje loop, dus hij voor mij niet door de modder hoeft te banjeren (met het gevolg een hogere prijs die ik moet betalen).
Zonneschijn áa regen is helemaal niet positief. Al het water verdampt en vormt een hoge luchtvochtigheid: de hele dag een klam gevoel.
Geef mij dan maar gewoon zonneschijn bij een stralend blauwe lucht, ook al noemen ze dat in Nederland een hittegolf.
P.s. vergeet niet het hittegolf-protocol te volgen.
Voetbal in Bangladesh
Als je denkt dat in Bangladesh geen aandacht aan de Wereldkampioenschappen geschonken wordt, heb je het mis. Ook hier klinkt er een gejuich door de straten als er gescoord wordt (niet als Nederland scoort). Ook hier wapperen honderden vlaggen, speciaal voor de voetbal. Bangladesh mag zich dan gespecialiseerd hebben in cricket, voetbalfan zijn ze ook.De vlaggen die hier het meeste op de daken wappert is de vlag van Argentinië of Brazilië, soms in meterslange variant. (zie foto's)
Toen Argentinië moest spelen kon ik zonder problemen oversteken: het verkeer was een stuk rustiger. Ook is het te merken aan het schema van de stroomuitval. Hadden we eerst altijd een stroomuitval van exact een uur, nu is de stroom voor een half uur afwezig. En dat half uur valt precies in het midden van een wedstrijd, zodat je het begin en einde kunt zien. Ik denk dat ze dat gedaan hebben in verband met de voetbal.
Ze versturen ook sms-jes met het volgende verzoek: 'Wil je je airco pas na 11 uur 's avonds aan doen, zodat er genoeg stroom is om voetbal te kijken?' Het is maar wat je belangrijk vindt: een koel huis of een potje voetbal.Tja, we moeten de stroom namelijk met te veel mensen delen, en daar is niet genoeg voor.
Temidden van alle vlaggen heb ik één keer de Nederlandse vlag ontdekt. Niemand lijkt ons te supporten. Alhoewel, toen ik vandaag voor iemand anders in het ziekenhuis moest zijn schonk de arts er wel aandacht aan: 'Waar kom jij vandaan?' Vroeg hij mij.'Nederland.' Antwoordde ik.'Oh, jullie wonnen gisteren!' Anderen weten niet eens van het bestaan van Nederland af en kijken mij raar aan als ikde vraag of ik Argeninië of Brazilië support beantwoord met: 'Geen van beide. Nederland.'
Zelfs in een afgelegen gedeelte van Bangladesh, waar ik vorige week was, wapperen de vlaggen en leeft men mee met de kampioenschappen. Dus, al wil je de voetbalgekte ontwijken: kom niet naar Bangladesh!
En het moet niet gekker worden. Vandaag (22 juni) had een leerling de volgende rede waarom hij te laat in klas was: 'Sorry, Madam, ik moest voetbal kijken gisterenavond.' Ik heb hem maar streng toegesproken dat het zijn eigen keuze is om van half 1 tot 2 uur 's nachts voetbal te kijken, maar dat hij op tijd in klas hoort te zijn!